Uitgangspunten meerjarenraming

Voor de samenstelling van de begroting 2025 en meerjarenraming 2026 – 2028 zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd:

Begrotingsramingen
Voor de begrotingsramingen in de programma’s zijn de gevolgen tot en met de 1e tussenrapportage 2024 meegenomen. De structurele mutaties uit de 2e tussenrapportage 2024 zijn niet meegenomen.

Personeel en SWO met Ridderkerk
Vanwege de BAR-ontvlechting per 1 januari 2024, heeft de gemeente Albrandswaard per deze datum weer een eigen personeelsbegroting. In 2025 is deze begroting geactualiseerd.
Vorig jaar zijn vanwege de ontvlechting ongeveer 80 fte overgekomen vanuit de Bedrijfsvoeringspartner (DBP). De DBP is toen teruggebracht tot een bedrijfsvoeringsorganisatie, waarin alleen zaken als HRM, ICT,  Facilitaire zaken en Juridische zaken zijn overgebleven. Om deze verandering te kunnen bekostigen, is de bijdrage aan DBP aanzienlijk verlaagd. Voor 2025 is de bijdrage weer herzien, waarin alle lopende ontwikkelingen zijn meegenomen, zoals bijvoorbeeld de cao-effecten.

Daarnaast hadden we per 1-1-2024 een samenwerkingsovereenkomst (SWO) met Ridderkerk, voor met name werkzaamheden met betrekking tot de Buitendienst en het Sociaal Domein. Hierbij ging het om (afgerond) 75 fte's. De medewerkers die onder deze overeenkomst vielen, stonden bij Ridderkerk op de loonlijst, waarbij de kosten uiteindelijk middels diverse afrekeningen bij Albrandswaard terecht kwamen. Gedurende 2024 is echter besloten om de SWO per 1-1-2025 op te heffen, omdat het administratief goed bijhouden en verwerken van alle stromen omtrent de SWO veel capaciteit vroeg van de ambtelijke organisatie . De betreffende medewerkers treden per 1-1-2025 in dienst bij Albrandswaard. 

Voor zowel de eigen personeelsbegroting, als voor de samenwerkingsovereenkomst, is uitgegaan van de nieuwe cao Samenwerkende gemeentelijke organisaties (SGO), die loopt van 1 januari 2024 tot en met 31 maart 2025. De financiële gevolgen van de cao zijn structureel verwerkt in de 1e tussenrapportage 2024. Voor de periode vanaf 1 april 2025 t/m 2028 hebben we een cumulatieve indexatie van 4,4% opgenomen, conform de 'Loonvoet sector overheid' uit de meicirculaire 2024 van het gemeentefonds. Alleen 2025 is functioneel geraamd, de overige jaren staan (cumulatief) op een stelpost in programma 4 Financiën.

Indexering materiële uitgaven en subsidies
Voor de prijsontwikkeling is voor de jaren 2025 - 2028 rekening gehouden met een cumulatieve inflatiecorrectie van 2,2%, conform de 'Prijs overheidsconsumptie' uit de meicirculaire 2024.  Alleen 2025 is functioneel geraamd, de overige jaren staan (cumulatief) op een stelpost in programma 4 Financiën.

Tariefsverhoging inkomsten
Voor de OZB is rekening gehouden met een stijging van 3%.  Voor de OZB niet-woningen is bij de eerste begrotingswijziging 2024 ingestemd met een additionele verhoging van 2% voor de jaren 2024 tot en met 2027. Bij de afvalstoffenheffing en het rioolrecht is zoveel mogelijk uitgegaan van kostendekkendheid. 

Rente investeringen
Voor de investeringen is gerekend met een omslagrente van 0,55%.

Algemene uitkering
De raming van de Algemene uitkering is in de programmabegroting 2025 - 2028 gebaseerd op de meicirculaire 2024. Tevens is de stelpost Jeugd voor 100% verwerkt in de begroting voor de jaren 2026 - 2028. Voor 2025 is deze stelpost vorig jaar al naar € 0 teruggebracht, omdat in de meicirculaire 2023 de extra gelden t/m 2025 zijn verwerkt.

Beleid
In het collegewerkprogramma 2022-2026, welke in december 2022 is vastgesteld, is het beleid voor de komende jaren vastgelegd. In deze begroting wordt dit beleid gecontinueerd, en waar nodig aangepast/aangescherpt. Daarnaast is in de eerste begrotingswijziging van 2024 een stelpost nieuw beleid aangenomen. Deze stelpost zit in de begroting verwerkt en dient als dekking voor de (voorgenomen) investeringen die in het collegewerkprogramma zitten, waaronder de investeringen in De Omloop, Antes, het Groenbeleidsplan, Integraal Huisvestingsplan (IHP) en het Mobiliteitsplan.