Programma 2 - Ruimtelijke ordening, Wonen & Economie

Inleiding en Missie Programma 2

Terug naar navigatie - Inleiding

Er is een groot tekort aan betaalbare huur- en koopwoningen. In Albrandswaard is behoefte aan gelijkvloerse woningen en woningen, waarin op een goede manier zorg kan worden verleend. Het college wil de komende jaren meer sociale woningen op verschillende locaties: Mariput, Schutskooiwijk/Poortugaal-West, Omloop en Antesterrein. Om de sociale woningbouw te kunnen betalen onderzoekt het college ook actief bouwlocaties die winstgevend kunnen zijn. In de samenwerking met de woningcorporaties, de regio en de provincie Zuid-Holland staat het aanpakken van het woningtekort centraal. Dit alles in goede balans met groen en infrastructuur. 

De Woonvisie wordt geactualiseerd, inclusief het vaststellen van een Woonzorgvisie, en met bijzondere aandacht voor alternatieve woonvormen zoals flex-woningen en tiny houses.

Na enkele jaren van uitstel treedt de Omgevingswet naar verwachting op 1 januari 2023 in werking. Dit betekent lichte procedures waar het kan en zware procedures waar dat noodzakelijk is. Dit met aandacht voor een goede rolverdeling tussen college en raad. De Omgevingsvisie dient als basis voor ons ruimtelijk beleid en wordt de komende jaren verder uitgewerkt in gebiedsprogramma’s en gefaseerd in een Omgevingsplan.

Albrandswaard is te klein om effectief lokaal economisch beleid te voeren. De lokale economie hangt daarvoor teveel af van een externe context met factoren waarop Albrandswaard zelfstandig niet of nauwelijks invloed kan uitoefenen vanwege schaalgrootte en gebrek aan middelen en ruimte.
Voor zover Albrandswaard betekenis heeft voor het regionaal economisch vestigingsklimaat, is dat vooral vanwege de bijzondere kwaliteit van de woonkernen en het groene buitengebied. Wij zetten daarom in op beleidsmatige afstemming op regionaal niveau om recht te doen aan juist deze betekenis.
Op lokaal niveau neemt de gemeente initiatief voor gezamenlijke inzet met stakeholders op versterking van het woon- en verblijfsklimaat door (transitie richting) een daaraan ondersteunend hoogwaardig innovatief en duurzaam bedrijfs-, winkel- en voorzieningenapparaat.

De uitwerking in speerpunten volgt in het nieuwe CollegeWerkProgramma 2022-2026.

Wat mag het kosten?

Terug naar navigatie - Wat mag het kosten?
Programma Ruimtelijke ordening, Wonen & Economie Realisatie 2021 Begroting 2022 Begroting 2023 Begroting 2024 Begroting 2025 Begroting 2026
Lasten
2.1-Ruimtelijke ordening 4.242.560 2.934.100 8.546.400 6.449.600 2.655.400 1.636.700
2.2-Wonen 172.998 142.100 100.000 97.700 98.100 98.400
2.3-Economie 111.636 118.600 106.100 105.700 105.300 104.900
Totaal Lasten 4.527.195 3.194.800 8.752.500 6.653.000 2.858.800 1.840.000
Baten
2.1-Ruimtelijke ordening 4.290.695 1.785.000 7.019.300 4.710.800 1.049.900 49.800
2.2-Wonen 540.376 513.700 385.700 376.200 377.100 377.100
2.3-Economie 36.442 40.600 41.800 43.100 44.300 44.300
Totaal Baten 4.867.513 2.339.300 7.446.800 5.130.100 1.471.300 471.200
Saldo baten en lasten 340.318 -855.500 -1.305.700 -1.522.900 -1.387.500 -1.368.800
Onttrekkingen 553.001 915.200 0 221.500 12.800 0
Stortingen 1.547.214 921.900 25.000 25.000 25.000 25.000
Mutaties reserves -994.213 -6.700 -25.000 196.500 -12.200 -25.000

Verklaring van verschillen

Terug naar navigatie - Verklaring van verschillen
Verschillen programma 2 ten opzichte van gewijzigde begroting 2022 Begroting 2022 Begroting 2023 Verschil 1e tr 2022 - Begroting 2023
Lasten
2.1-Ruimtelijke ordening 2.934.100 8.546.400 5.612.300
2.2-Wonen 142.100 100.000 -42.100
2.3-Economie 118.600 106.100 -12.500
Totaal Lasten 3.194.800 8.752.500 5.557.700
Baten
2.1-Ruimtelijke ordening 1.785.000 7.019.300 5.234.300
2.2-Wonen 513.700 385.700 -128.000
2.3-Economie 40.600 41.800 1.200
Totaal Baten 2.339.300 7.446.800 5.107.500

Hieronder zullen individuele verschillen groter dan € 50.000 nader worden toegelicht:

Lasten

2.1 Verschil betreft voor € 5,5 ton een hogere BAR-bijdrage, het restant is een afwijking die ontstaat door de jaarschijf van grondexploitaties. In 2023 zijn de lasten en daarmee ook het bouwtempo hoger. Dit is in lijn met het vastgestelde MPO 2022.

Baten

2.1 Het verschil betreft een afwijking die ontstaat ten opzichte van grondexploitaties. De grondexploitaties zijn geraamd in lijn zoals besloten in het MPO 2022.

2.2 Het verschil wordt geheel verklaar door lagere opbrengsten uit omgevingsvergunningen, dit omdat in 2022 een eenmalig uitgestelde post van 2021 is opgenomen.