Hoofdlijnen financieel resultaat

Financieel resultaat 2022

Terug naar navigatie - Financieel resultaat 2022

Om duiding te geven aan het resultaat van de jaarrekening 2022 zullen wij u op hoofdlijnen meenemen in de opbouw van het resultaat en financiële ontwikkelingen in 2022. In het overzicht van baten en lasten staat op een gedetailleerd niveau toegelicht wat de financiële afwijkingen zijn ten opzichte van de begroting 2022 na de laatste wijziging. 
Na de 2e tussenrapportage 2022 was de verwachting dat we een budgettair resultaat van €13.300 negatief zouden realiseren. Het uiteindelijke budgettaire resultaat over 2022 komt uit op €2.515.690 positief. Dit is het saldo van de uitputting op onze exploitatiebudgetten. 

Het resultaat na alle reserve- en voorzieningenmutaties komt uit op €4.583.632 positief. 

Ieder jaar wordt bij het aanbieden van de jaarrekening voorgesteld restantbudget voor projecten over te hevelen naar het volgende jaar. Wanneer dit niet gedaan wordt, komt de uitvoering van het project in gevaar omdat in het volgende jaar geen budget beschikbaar is. In totaal stellen wij voor om een bedrag van €663.900 beschikbaar te stellen voor jaaroverschrijdende projecten, en om €1.195.764 te storten in onze reserves.

Financiële ontwikkelingen en voorstel resultaatbestemming 2022

Terug naar navigatie - Financiële ontwikkelingen en voorstel resultaatbestemming 2022

In onderstaande tabel worden de afwijkingen ten opzichte van de 2e tussenrapportage 2022 op het niveau van taakvelden vermeld. Dit overzicht is exclusief de impact van de doorbelasting van de BAR-uren tussen de programma's. De impact van de BAR-uren op de begroting en jaarrekening is op totaalniveau €0,00. Het weglaten van deze interne doorbelastingen zorgt voor een zuiverder beeld van de behaalde resultaten. 
Specificaties van de taakvelden zijn te zien onder de desbetreffende programma’s.
Vervolgens worden de voorstellen voor de resultaatbestemming weergegeven.



Budgettair resultaat

Terug naar navigatie - Budgettair resultaat

Het budgettair resultaat geeft weer in welke mate de exploitatiebudgetten per programma zijn benut. Het programma “overzicht” in de tabel 'Financiële ontwikkelingen 2022' betreft de verantwoording van algemene baten en lasten ter ondersteuning van de uitvoering van alle programma’s (nader toegelicht in het hoofdstuk ‘Niet in voorgaande programma’s verantwoorde baten en lasten’). Na de laatste wijziging van het begrotingssaldo zien wij een positief budgettair resultaat ontstaan. 
Hoofdzakelijk komt dit door (incidentele) financiële meevallers bij de volgende onderdelen:
•    Hogere algemene uitkering uit het Gemeentefonds;
•    Het niet hoeven terugbetalen van de nog niet uitgegeven ontvangen rijksmiddelen ten behoeve van de opvang van Oekraïnse vluchtelingen;
•    Lagere benodigde voorziening voor wethouderspensioenen voormalig wethouders;
•    Nog niet benutte ruimte voor begrote tegenvallers (ruimte in stelposten), en
•    Minder uitgaven dan begroot aan de programma's Buitenruimte, Educatie en Sociaal Domein.

Werkelijk resultaat

Terug naar navigatie - Werkelijk resultaat

Om het werkelijke resultaat te bepalen kijken wij ook naar de afwijkingen in de mutaties van reserves (stortingen en onttrekkingen). Voor de mutaties van reserves gelden spelregels die vastgelegd zijn in raadsbesluiten. Zo geldt voor de reserve Ontwikkelingsprojecten vrije reserve de spelregel dat de aanvulling van verliesvoorzieningen van het grondbedrijf wordt verrekend met deze bestemmingsreserve. Ook liggen er raadsbesluiten om de kosten van projecten te dekken vanuit reserves. 

Voor een aantal projecten geldt dat deze niet of deels zijn uitgevoerd in 2022. De beschikbare middelen worden dan uiteraard niet, of maar deels uit de reserve gehaald.
Per saldo zien we dat er ongeveer €2.067.942 meer vanuit onze reserves ten gunste komt van het resultaat 2022, dan we hadden verwacht. Dit resulteert in een werkelijk behaald resultaat van  €4.583.632.

Voorstellen resultaatbestemming 2022

Terug naar navigatie - Voorstellen resultaatbestemming 2022

Ieder jaar wordt bij het aanbieden van de jaarrekening voorgesteld restantbudget voor projecten over te hevelen naar het volgende jaar. Wanneer dit niet gedaan wordt, komt de uitvoering van het project in gevaar omdat in het volgende jaar geen budget beschikbaar is. In totaal stellen wij voor om een bedrag van €663.900 beschikbaar te stellen voor jaar-overschrijdende projecten, en om €1.195.764 te storten in onze reserves. De jaar-overschrijdende projecten bestaan uit:

1. Ongeregistreerd grondgebruik € 35.000
Het incidentele budget van € 35.000 voor personeel derden is in 2022 niet uitgegeven. Omdat inwoners de laatste tijd zelf contact opnemen om een oplossing te zoeken voor illegaal grondgebruik, en er naar verwachting in 2023 ook meer verzoeken zullen binnenkomen voor verkoop van snippergroen dat niet illegaal in gebruik is genomen, wordt voorgesteld om het bedrag van € 35.000 door te schuiven naar 2023.

2. Educatieve agenda € 15.000
In 2022 is incidenteel € 20.000 extra opgenomen voor het scenario-onderzoek naar onderwijshuisvesting in Albrandswaard. Hiervan resteert nog € 15.000; dit dient doorgeschoven te worden naar 2023.    
Door de sterke groei van het aantal leerlingen, met name in Rhoon, is de toekomst van het onderwijs en de bijbehorende huisvesting een belangrijk onderwerp voor de komende jaren. Voor het zomerreces van 2023 dient er een Integraal Huisvestingsplan (IHP) klaar te liggen. In het IHP komt te staan welke huisvestingsbehoefte er op de lange termijn is en hoe de gemeente Albrandswaard dit gaat realiseren en met welke financiële middelen.

3. Dak- en thuisloosheid € 31.100
In 2021 hebben we nog geen woonzorgaanbieder kunnen vinden om iets te doen voor inwoners die tussen de wal en het schip dreigen te vallen met risico op dak- en thuisloosheid. We zijn in gesprek met Pameijer over een bredere doelgroep en aanpak dan we in 2021 met een aanbieder in Ridderkerk hebben ontwikkeld. Het is helaas niet gelukt om in 2022 de pilot vanuit Ridderkerk uit te breiden naar Albrandswaard. Aangezien de gelden nog niet gebruikt zijn, willen we dit doorschuiven naar 2023.

4. Volksgezondheid € 41.600
Door Corona zijn er veel projecten uitgesteld, deze worden naar verwachting in 2023 ingehaald. Het college heeft in 2021 besloten om € 46.900 extra budget beschikbaar te stellen voor preventie tegen eenzaamheid. De uitvoering van de plannen loopt nog door in 2023, mede door de beperkende maatregelen rond corona. Hierdoor willen we graag € 41.600 doorschuiven naar 2023.

5. Kerkenvisie € 12.700
De gemeente heeft in 2021 een decentralisatie uitkering (via de algemene uitkering) ontvangen vanuit het ministerie van OC&W van € 25.000,-. De opdracht voor het opstellen van een Kerkenvisie is aan bureau COUP gegund en kan binnen dit budget worden uitgevoerd. In 2022 zijn er verschillen gesprekken geweest, analyses gedaan en acties ondernomen. Het rapport is echter nog niet gereed, de verwachting is dat het rapport in de eerste helft van 2023 wordt opgeleverd. Daarom vragen we het restbudget van €12.700 door te schuiven naar 2023.

6. Slot Valckensteinsedijk 5 € 97.000
In 2023 gaan er kosten komen voor de courtage van de makelaar voor de verkoop van de 2 kavels, het verplaatsen van de pomp put en de besturingskast, en de ambtelijke uren voor de begeleiding van de verkoop van de 2 kavels. Hierdoor willen we graag het niet gebruikte budget voor € 97.000 doorschuiven.

7. Verkeersplan en veiligheid € 159.900
In 2022 waren we niet in staat om alle plannen te realiseren. De huidige beleidsplannen op dit gebied zijn achterhaald en sluiten niet meer aan op de nieuwste verkeersontwikkelingen zoals bijvoorbeeld deelmobiliteit. Actueel beleid helpt om beter te kunnen adviseren en beter in te spelen op de impact van nieuwe ontwikkelingen. In dat kader is het opstellen van een nieuw mobiliteitsplan wat past binnen de nieuwe Omgevingswet nodig. Om dit mogelijk te maken willen we graag de beschikbare gelden, zowel het restant bedrag van de personele lasten als de stelpost, doorschuiven naar 2023. In totaal gaat het om €159.900.

8. Geluid € 35.800
Het totale restant budget van € 35.800 willen we doorschuiven naar 2023. Dit is voor het verder uitwerken en afronden van de basis geluidemissie (bge) onder de Omgevingswet en het opstellen van het nieuwe Programma Geluid & Lucht.

9. Zetting Valckensteijn € 45.000
Het budget voor het onderzoek naar verzakkingen in Valckensteijn West willen we doorschuiven naar 2023. Dit omdat het onderzoek niet in 2022 heeft plaatsgevonden maar ingepland gaat worden voor het jaar 2023. Dit betreft een herhalingsonderzoek, na het eerdere onderzoek uit 2017. Hiermee willen we in kaart brengen hoe de verzakkingen zich ontwikkelen, en of dit gevolgen heeft voor de situatie ondergronds.

10. Bijdrage BAR - Implementatie Omgevingswet: overloop naar 2023 € 115.600
In 2022 was er een budget beschikbaar van € 934.000.
Vanaf juni 2022 was al bekend dat de voorgenomen invoeringsdatum van 1 januari 2023 voor de Omgevingswet op losse schroeven stond. In oktober 2022 maakte minister de Jonge bekend dat de wet met minstens een half jaar werd uitgesteld omdat het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO, dit is een landelijke voorziening) nog niet goed werkte. Het DSO vervangt ons huidige Omgevingsloket. 
Door dit uitstel schoven de meeste uitgaven door naar 2023. De voorbereidingen voor de implementatie van de wet (techniek, inhoud, procesmatig) gingen onverminderd door, met de voornaamste focus op een goed werkend DSO.

Inmiddels heeft de minister een gewijzigd voorstel gedaan richting de Eerste en Tweede Kamer met 1 januari 2024 als nieuwe invoeringsdatum voor de Omgevingswet.
In 2023 gaat de voorbereiding op de implementatie van de nieuwe wet verder. Het budget zal worden ingezet voor ICT (Toepasbare regels), processen (vergunningen, Omgevingstafel) en planvorming (Omgevingsplan). Er wordt verder geoefend met het DSO. Ook worden er kosten gemaakt voor training, migratie en advies. Gelet op de werkdruk en het capaciteitstekort zal kritisch bekeken worden wat echt in 2023, voor de invoeringsdatum, moet worden opgepakt en wat later kan. Deze acties worden te zijner tijd overgedragen naar de drie gemeenten.

11. Bijdrage BAR - Optimalisatie fiscale beheersing: overloop naar 2023 € 16.200
In 2022 was een budget beschikbaar van € 160.000.
Het traject optimalisatie fiscale beheersing (= doorontwikkeling horizontaal toezicht) loopt voorspoedig. Er is goed en doorlopend contact, ook met de Belastingdienst. Eind 2022 is 76% van de fiscale verbeteracties bij de BAR-gemeenten afgerond. Dit op een totaal van meer dan 80 fiscale verbeteracties. 
Om het hele traject volledig op te kunnen leveren, optimaal te kunnen borgen en ook te voldoen aan de gemaakte afspraken met de Belastingdienst, wordt voorgesteld om het restantbudget 2022 van € 45.000 door te schuiven naar het jaar 2023. Hiermee kan naast de resterende fiscale verbeteracties ook nog (de vereiste) inzet worden gepleegd op de fiscale gevolgen die de reorganisatie met zich meebrengt. Op deze wijze is er werkbudget in 2023 voor de kerngroep fiscaal beschikbaar, om voortvarend te kunnen blijven werken. 
De kleine vertraging bij dit traject heeft te maken met het feit dat de interne communicatie en de integraliteit van de fiscaliteiten wat meer tijd hebben gevergd dan vooraf werd ingeschat. Er is ook een directe afhankelijkheid van de doorlooptijd bij de BAR-reorganisatie en de bestuurlijke aspecten die daarbij spelen. 
De verwachting is dat het volledige traject medio 2023 is afgerond.

12. Bijdrage BAR - Leidraad Inrichting Openbare Ruimte (LIOR): overloop naar 2023 € 11.300
In 2022 was een budget beschikbaar van € 45.000.
In 2022 is gestart met de ontwikkeling van de Leidraad Inrichting Openbare Ruimte (LIOR). In de LIOR wordt aangegeven aan welke eisen en randvoorwaarden een nieuw of te vernieuwen stuk openbare ruimte moet voldoen. De toepassing van de LIOR is verplicht bij alle nieuwbouw- en herinrichtingsprojecten van de openbare ruimte in Barendrecht, Albrandswaard en Ridderkerk. Het project is in juli 2022 geïnitieerd. Vervolgens zijn alle belanghebbenden in beeld gebracht om te bezien wie er het beste kan participeren in de ontwikkeling van de LIOR. In het 3e en 4e kwartaal van 2022 hebben er werkgroep-bijeenkomsten en workshops plaatsgevonden. Om te komen tot een geharmoniseerde en actuele LIOR is op basis van de verzamelde stukken (huidige handboeken) en input een planning gemaakt. De planning van het project loopt tot de zomer van 2023. Dan zal ook de webapplicatie DALI geïmplementeerd worden. Eind 2022 is van het budget van € 45.000 nog maar € 11.300 aangewend. Het restantbudget van € 33.700 is in 2023 nodig om tot een succesvolle afronding van het project te komen. 

13. Bijdrage BAR - Implementatiekosten nieuwe Wet Inburgering 2021: overloop naar 2023 € 11.200
In 2022 was een budget beschikbaar van € 110.000.
Deze wet is ingevoerd met ingang van 2022 en sindsdien hebben de gemeenten een regierol bij de begeleiding van nieuwkomers die inburgeringsplichtig zijn. 
De implementatie van de nieuwe wet ondervond vertraging en is nog niet afgerond omdat de beleidsadviseur belast werd met andere, urgente zaken zoals de opvang van vluchtelingen uit Oekraïne en de Asielboot Ridderkerk. Hierdoor zijn zaken nu nog onvoldoende geregeld en zijn diverse noodzakelijke processen nog niet volledig geïmplementeerd.
Ook speelde mee dat de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) en het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) nog niet alle procedures op orde hebben. Hierdoor moesten de klantmanagers veel zelf uitvinden en herstellen wat de nodige tijd heeft gekost. De implementatie gaat verder in 2023. 

14. Bijdrage BAR - Uitvoeringskosten ELIP - inzet klantmanager: overloop naar 2023 € 6.300
In 2022 was een budget beschikbaar van € 28.100.
ELIP staat voor: Einde Lening, nog Inburgeringsplicht. Deze regeling maakt onderdeel uit van de overgang van de oude naar de nieuwe Wet Inburgering en is bedoeld voor statushouders die 75% of meer van hun DUO-lening hebben verbruikt en/of bij wie de inburgeringstermijn bijna of helemaal verstreken is. Ze riskeren een boete als zij hun inburgering niet op tijd behalen of afronden. In 2022 waren er weinig gevallen waar deze situatie op van toepassing is, maar naar verwachting is dat in 2023 wel het geval. Vandaar het verzoek om de middelen in 2023 in te mogen zetten.
Het budget is bestemd voor een klantmanager omdat de uitvoering niet past binnen de bestaande capaciteit.

15. Bijdrage BAR - Uitvoeringskosten Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo): overloop naar 2023 € 30.200
In 2022 was een budget beschikbaar van € 588.900.
Het verzoek is om het budget dat eind 2022 nog niet is uitgegeven mee te mogen nemen naar het volgende jaar omdat de Tozo-bedrijfskredieten nog teruggevorderd moeten worden. Daar wordt nu aan gewerkt. Derhalve worden de werkzaamheden in 2023 voortgezet. De dekking voor dit budget komt uit de middelen die het Rijk aan de gemeenten beschikbaar heeft gesteld in verband met de COVID-19 maatregelen. De uitvoering van de Tozo-regeling is niet gebonden aan de periode waarover de Tozo-regeling heeft gegolden. Ook in de periode daarna zijn diverse vervolg werkzaamheden noodzakelijk om de regeling goed te kunnen afronden.